Header afbeelding
Gezondheidscentrum Molenweg
Molenweg 60 4651 CM
Steenbergen

Terug naar overzicht

Medische Encyclopedie

Inhoud

oxycodon

Oxycodon is een morfineachtige pijnstiller (opiaat). Het heeft een sterke pijnstillende werking.

Artsen schrijven het voor bij hevige pijn, zoals pijn na een operatie of pijn als gevolg van kanker. Artsen schrijven het ook voor in de zorg voor mensen die niet meer beter worden (palliatieve zorg).

Wat doet oxycodon en waarbij gebruik ik het?

Pijn

Oorzaak
Een beschadigd deel van het lichaam stuurt via gevoelszenuwen een ‘bericht’ aan de hersenen. De hersenen reageren hier op door beweging, bijvoorbeeld de handen weg te trekken van een hittebron, en met emoties, zoals angst. In veel situaties zijn deze reacties nuttig, maar bij ziekte, operaties en eerdere verwondingen is dat vaak niet meer zo.

Pijnbestrijding
Pijnbestrijding gaat meestal via een stappenplan. Paracetamol vormt hierin de eerste stap. In de meeste gevallen is paracetamol de veiligste manier om pijn te bestrijden. Dit heeft de minste bijwerkingen en werkt meestal goed. In sommige gevallen werkt een ontstekingremmende pijnstiller beter, zoals ibuprofen. Bijvoorbeeld bij ontstekingen of wanneer uw kind last heeft van pijnlijke zwellingen na een operatie of tandheelkundige ingreep. Als deze niet voldoende (meer) werken, schrijft de arts morfineachtige pijnstillers (opiaten) voor. Deze hebben een sterke pijnstillende werking. De zwak werkende morfineachtige pijnstillers, zoals tramadol, vormen hierin de eerste stap. Als deze niet voldoende (meer) werken, schrijft de arts sterk werkende morfineachtige pijnstillers voor, zoals oxycodon.

Als heftige pijn wordt verwacht, zoals na sommige operaties, zal de arts meteen een sterke pijnstiller voorschrijven. Dit wordt dan na enkele dagen afgebouwd en vervangen door een minder sterke pijnstiller.

Werking 
Oxycodon zorgt ervoor dat het ‘bericht’ in de hersenen niet of minder sterk aankomt. Hierdoor voelt u de pijn minder en reageert u er rustiger op.

Effect
De werking van de tabletten, drank en capsules begint binnen 1 uur en houdt 4 tot 6 uur aan. De werking van de tabletten met verlengde afgifte (‘MVA’) houdt langer aan, ongeveer 12 uur. 

Lees meer over pijn . “

Klachten in de laatste levensfase

Palliatieve zorg is erop gericht om lichamelijke en geestelijke ongemakken in de laatste levensfase bij ongeneeslijk zieke mensen te verlichten.

Oxycodon wordt gebruikt om pijn in de laatste levensfase te bestrijden. Als tabletten of capsules niet meer goed werken, kan de arts injecties geven. Meestal zal in de laatste fase worden overgeschakeld naar morfine. Dit kan als infuus via een pomp worden gegeven.

Lees meer over klachten in de laatste levensfase . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Regelmatig (bij meer dan 30 op de 100 mensen)

  • Verstopping (obstipatie)

    Gebruik, als dit mogelijk is, vezelrijke voeding en drink veel. Meestal schrijven artsen bij dit medicijn een laxerend middel voor. Raadpleeg uw arts als u door oxycodon last heeft van verstopping.

Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

  • Sufheid, slaperigheid en een verminderd reactievermogen.

    Dit is vooral lastig bij activiteiten waarbij uw oplettendheid erg nodig is, zoals autorijden, het beklimmen van een ladder of het bewaken van een proces op het werk. Onderneem daarom geen risicovolle activiteiten. Deze bijwerking gaat na enkele dagen tot weken vanzelf over als u gewend bent geraakt aan het medicijn. De rust die optreedt als u geen last meer heeft van pijn, wordt soms verward met sufheid en slaperigheid.

  • Maag- en darmklachten, zoals misselijkheid en braken. Zelden buikpijn, opkomend maagzuur, minder eetlust en diarree.

    Deze bijwerkingen gaan meestal over als uw lichaam aan het medicijn gewend is. Als u hier na enkele weken nog steeds last van heeft, raadpleeg dan uw arts.

  • Duizeligheid

    Vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel. Dit gaat in het algemeen over als u na een paar dagen gewend bent geraakt aan dit medicijn. Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt het beste dan even gaan liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Bespreek het met uw arts, als u hier last van blijft houden.

  • Jeuk en zelden huiduitslag of galbulten.

    Dit kan wijzen op overgevoeligheid (zie Zeer zelden).

  • Hoofdpijn

  • Droge mond

    Hierdoor ontstaan sneller gaatjes in uw gebit. Poets en flos extra goed als u merkt dat u last heeft van een droge mond. Laat eventueel de tandarts vaker uw gebit controleren als u dit medicijn gedurende meerdere weken gebruikt. Als u veel last heeft van een droge mond kunt u de aanmaak van speeksel stimuleren met (suikervrije) kauwgom of door te zuigen op ijsblokjes. Het helpt ook als u bij het eten iets drinkt of de voeding vochtig maakt, bijvoorbeeld met jus of vruchtenmoes.

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Niet opmerken van pijn bij andere verwondingen.

    Omdat oxycodon pijnstillend werkt, zult u verwondingen minder snel opmerken. Let daarom extra op verwondingen van met name uw voeten, omdat hier vaak problemen bij ontstaan.

  • Koude-gevoel, rillingen, maar ook opvliegers, zweten en koorts.

    Raadpleeg uw arts als u hier veel last van heeft.

  • Zwak gevoel, trillen.

  • Psychische klachten

    Psychische klachten, zoals rusteloosheid, gejaagdheid, agressie, in de war zijn (verwardheid), nervositeit, angstgevoelens of depressie.

  • Slaapproblemen

    Slaapproblemen, zoals slapeloosheid en abnormale dromen (nachtmerries).

  • Moeheid 

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Benauwdheid en een bemoeilijkte ademhaling.

    Dit komt alleen voor bij zeer hoge doseringen.

  • Slaap-apneu, een kortdurende periode van ademstilstand tijdens de slaap.

    Dit medicijn kan slaap-apneu veroorzaken. Als u al eerder last van slaap-apneu heeft gehad, kunt u hier meer last van krijgen. Neem contact op met uw arts als u merkt dat u nachtelijke aanvallen van stokkende ademhaling heeft of wanneer deze verergeren.

  • Duizelingen of gevoel te tollen.

  • Tintelingen of een doof gevoel in handen of voeten, spierkrampen.

  • Smaakstoornissen, slikstoornissen, moeite met praten, hik.

  • Wazig zien

  • Hartkloppingen

  • Moeilijk kunnen plassen.

    Dit is vooral van belang als u al moeite met plassen heeft door een vergrote prostaat. Neem contact op met uw arts zodra u plasproblemen bemerkt.

  • Droge huid, dorst, vasthouden van vocht (dikke enkels en handen).

  • Na langdurig gebruik kan lichamelijke verslaving optreden.

    Dit komt omdat het lichaam na verloop van tijd went aan oxycodon. Als het gebruik van oxycodon plotseling wordt gestopt, kunt u last krijgen van ontwenningsverschijnselen. Dit kunt u voorkomen door het gebruik langzaam af te bouwen.

  • Seksuele stoornissen

    Seksuele stoornissen, zoals minder zin in vrijen en moeilijke erectie. Neem contact op met uw arts als u hier last van heeft.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn.

    Dit merkt u aan huiduitslag, jeuk, galbulten, benauwdheid, duizeligheid of flauwvallen. Waarschuw dan meteen een arts. Als u overgevoelig bent voor dit medicijn, mag u het niet meer gebruiken. Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor oxycodon. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het in de toekomst niet meer krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik oxycodon gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn kan wisselwerkingen hebben met andere medicijnen.

In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerking optreden, zijn de volgende.

  • Andere medicijnen die het reactievermogen verminderen. Bij deze medicijnen is vaak op de verpakking een gele waarschuwingssticker geplakt. De effecten op bijvoorbeeld de rijvaardigheid versterken elkaar. Rijd geen auto als u 2 of meer van dergelijke middelen gebruikt.
  • De medicijnen tegen depressie fenelzine en tranylcypromine. In combinatie met oxycodon is er een kleine kans op een ernstige bijwerking, het serotoninesyndroom. Overleg hierover met uw arts. Als u de combinatie gebruikt, let dan op verschijnselen zoals trillen, beven, bewegingsdrang, spiertrekkingen, opgewondenheid, in de war zijn (verwardheid), angst, koorts, zweten, versnelde hartslag en een verminderd bewustzijn. Er is bij deze verschijnselen niet altijd sprake van het serotoninesyndroom. Sommige van deze bijwerkingen kunnen ook bij uw ziekte horen of vanzelf weer weg gaan. Raadpleeg bij twijfel wel uw arts, omdat het een ernstige bijwerking is. Vertel ook aan mensen uit uw naaste omgeving over deze bijwerkingen, omdat u ze door de in de war zijn (verwardheid) en het verminderde bewustzijn mogelijk niet altijd merkt. Zij kunnen dan contact opnemen met de huisarts.
  • Sommige medicijnen tegen hiv (het virus waar u aids van kunt krijgen). Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.
  • Sommige medicijnen tegen kanker. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat. De werking of bijwerkingen van deze medicijnen kunnen veranderen. Overleg hierover met uw arts.

De volgende medicijnen verminderen de werking van oxycodon.

  • Naltrexon en naloxon. Deze medicijnen gaan de werking tegen van oxycodon en andere morfineachtige pijnstillers. Het kan juist om deze reden worden gebruikt. Naltrexon en naloxon worden ook gebruikt bij mensen die alcoholverslaafd zijn. Mensen die het om die reden gebruiken, moeten er rekening mee houden dat morfineachtige pijnstillers bij hen minder werkzaam zijn. Als u al oxycodon gebruikt en u krijgt naltrexon of naloxon erbij kunt u last krijgen van ontwenningsverschijnselen.
  • Nalmefeen, een medicijn tegen alcoholverslaving. Dit medicijn maakt morfineachtige pijnstillers minder werkzaam. Als u al oxycodon gebruikt en u krijgt nalmefeen erbij kunt u last krijgen van ontwenningsverschijnselen. Overleg hierover met uw arts.
  • De pijnstillers buprenorfine, nalbufine en pentazocine. Deze pijnstillers verminderen de werking van oxycodon. Als u oxycodon gebruikt en u krijgt één van deze pijnstillers erbij, kunt u last krijgen van ontwenningsverschijnselen. Overleg hierover met uw arts. Dit geldt niet voor pleisters met buprenorfine. Deze pleisters kunt u wel samen gebruiken met oxycodon, bijvoorbeeld in het geval van doorbraakpijn.
  • De medicijnen tegen epilepsie carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne en primidon. Overleg met uw arts. Mogelijk schrijft uw arts een ander middel tegen pijn voor. Uw arts kan ook de dosering oxycodon aanpassen. Waarschuw uw arts als uw pijnklachten erger worden.
  • De medicijnen tegen tuberculose rifabutine en rifampicine. Overleg met uw arts. Mogelijk schrijft uw arts een ander middel tegen pijn voor. Uw arts kan ook de dosering oxycodon aanpassen. Waarschuw uw arts als uw pijnklachten erger worden.
  • Sint-janskruid (hypericum), een kruidenmiddel tegen depressieve klachten. Overleg met uw arts. Mogelijk schrijft uw arts een ander middel tegen pijn voor. Uw arts kan ook de dosering oxycodon aanpassen. Waarschuw uw arts als uw pijnklachten erger worden.

Onderstaande medicijnen kunnen de hoeveelheid oxycodon in het bloed laten stijgen. Hierdoor zijn de bijwerkingen van oxycodon sterker. Raadpleeg uw arts als u een van de volgende medicijnen gebruikt.

  • De antibiotica (medicijnen tegen ontstekingen door bacteriën) claritromycine en erytromycine.
  • De antischimmel-medicijnen itraconazol, posaconazol en voriconazol.
  • Ketoconazol, een medicijn tegen de ziekte van Cushing.

Twijfelt u eraan of bovenstaande wisselwerking voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen als u dit medicijn gebruikt. Wilt u weten of u met dit medicijn mag autorijden? Beantwoord dan de vragen in het schema hieronder.

Gebruikt u ook andere medicijnen die deze bijwerkingen geven? Let er dan op dat u meer last kunt hebben van deze bijwerkingen.

Nieuwe wet: vanaf 1 juli 2017 kunnen deelnemers aan het verkeer met een speekseltest gecontroleerd worden op drugsgebruik. Daarbij maakt de politie geen uitzondering voor het medicinaal gebruik van oxycodon.
Als u oxycodon gebruikt, kunt u een positief testresultaat verwachten. Dat betekent dat u risico loopt op een boete of ontzegging van de rijbevoegdheid. Gebruikt u dit medicijn in overleg met uw arts? Vertel dit dan aan de agent. Het Openbaar Ministerie (OM) kan besluiten u niet te vervolgen als dit medicijn door uw arts is voorgeschreven en u als u het gebruikt zoals uw arts het heeft voorgeschreven.

Voor meer algemene informatie kunt u het thema ‘Medicijnen in het verkeer‘ lezen. In dit thema leest u bijvoorbeeld wat de wet zegt over medicijnen in het verkeer. Ook vindt u adviezen waarmee u rekening moet houden als u wel (weer) mag autorijden.

alcohol drinken?
Alcohol kan de bijwerking van dit medicijn sterker maken. Hierdoor kunt u extra suf of slaperig worden. Ook als u hier niets meer van merkt, omdat u gewend bent geraakt aan oxycodon, kunt u door het gebruik van alcohol erg suf worden Gebruik daarom liever geen alcohol of drink minder alcohol als u dit medicijn krijgt.

alles eten?
Bij dit medicijn kunt u beter niet te veel grapefruit eten, of grapefruitsap drinken. Dan is de kans op bijwerkingen namelijk groter.

  • Wilt u grapefruitsap drinken? Drink niet meer dan 2 dagen per week een glas grapefruitsap. En wacht elke keer dat u grapefruitsap heeft gedronken ten minste 3 dagen totdat u weer grapefruitsap drinkt.
    Dus: als u op maandag grapefruitsap drinkt, wacht dan tot donderdag met het opnieuw drinken van grapefruitsap.
  • Wilt u grapefruit eten? Eet niet meer dan 2 dagen per week 1 of 2 grapefruits. En wacht na elke keer dat u grapefruit hebt gegeten ten minste 3 dagen totdat u weer grapefruit eet.
    Dus: als u op maandag grapefruit eet, wacht dan tot donderdag met het opnieuw eten van grapefruit.

Bent u gewend om veel of vaak grapefruits te eten, of grapefruitsap te drinken? Bespreek dit dan met uw apotheker of arts. Misschien is er een ander medicijn dat u kunt gebruiken dat wel goed samengaat met grapefruit(sap). Lees hier meer informatie over grapefruit en medicijnen.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Meld het aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of dit binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is onvoldoende bekend om zeker te weten of het veilig is. Weeg daarom samen met uw arts de ernst van uw klachten af tegen het risico voor het kind.

Gebruik dit medicijn NIET vlak voor de bevalling. Bij gebruik vlak voor de bevalling kan uw kind na de geboorte moeite hebben met ademhalen. Bovendien kunnen bij gebruik in de laatste 3 maanden van de zwangerschap ontwenningsverschijnselen bij de baby ontstaan.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven? Overleg dan met uw arts of apotheker. Dit medicijn komt in de moedermelk. Het kan bijwerkingen bij het kind geven. Dit merkt u doordat uw baby suf wordt, minder goed drinkt of ademhaalt. Het risico op deze bijwerkingen is vlak na bevalling (binnen 2 tot 3 dagen na de bevalling) kleiner, omdat de borstvoeding dan nog niet volledig op gang is gekomen.

  • Tijdens de eerste 2 of 3 dagen na bevalling: overleg met uw arts of apotheker. Als u samen met uw arts of apotheker besluit dat u borstvoeding gaat geven. Let dan goed op of uw baby geen last krijgt van de bijwerkingen zoals suf worden of minder goed drinken of ademhalen.
  • Vanaf 2 of 3 dagen na de bevalling: u kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u borstvoeding geeft. Als u samen met uw arts toch besluit dat u borstvoeding gaat geven. Gebruik dan een zo laag mogelijke dosering en maximaal 2 tot 3 dagen achter elkaar. Let dan goed op of uw baby geen last krijgt van de bijwerkingen zoals suf worden of minder goed drinken of ademhalen.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Hoe?

  • Tabletten en capsules: innemen met een half glas water.
  • Drank: de voorgeschreven hoeveelheid afmeten met een druppelpipet, maatlepel, druppelaar, maatbekertje of doseerspuitje. U mag de drank mengen met een beetje frisdrank.
  • Smelttabletten (‘orodispergeerbaar’): de tablet in de mond laten smelten voordat u hem doorslikt.
  • Langwerkende tabletten (met gereguleerde afgifte (MGA), retard): de tablet heel doorslikken met een beetje water. Niet kauwen of fijnmaken. Ze zijn zo gemaakt dat ze langzaam oplossen waardoor ze 12 uur werken. Als de tablet een breukstreep heeft, mag u de tablet op de breukstreep doormidden breken. De beide helften moet u heel doorslikken met een beetje water.

Wanneer?
Het maakt niet uit welke tijdstippen u voor dit medicijn kiest. Wel raadt de arts u meestal aan dit medicijn altijd op dezelfde tijden in te nemen en niet te wachten tot de pijn weer toeneemt.

Hoelang?
U kunt het medicijn gebruiken zolang u hevige pijn heeft. Indien uw situatie het toelaat zal uw arts met u overleggen of afbouwen mogelijk is en of u kunt overgaan naar een minder sterke pijnstiller. Als u dit medicijn gedurende meerdere weken gebruikt, is er een kans dat uw lichaam er gewend aan raakt. U mag dan niet plotseling stoppen met oxycodon. Als u dit medicijn al enkele weken gebruikt kunt u beter geleidelijk met oxycodon stoppen. Dan heeft u minder last van ontwenningsverschijnselen.